Port des vêtements de Haute Visibilité adéquats. Vous devez être Classe 3 (veste + pantalon) dès que la vitesse des véhicules à côté de la zone de chantier est supérieure à 50km/h.

Restez toujours vigilants car le risque d’accident est constant le long des routes et autoroutes

De manière générale (avant de vous pencher sur la Planche de Signalisation adéquate ou les équipements réclamés dans l’arrêté de police) il y a lieu de contrôler que vous possédez bien l’équipement de base sur votre véhicule :

• Striage (1 m²) rouge et blanc à l’arrière du véhicule
• Au moins deux feux jaune-orange clignotants, placés au-dessus du véhicule
• Signal A31 (travailleur) + D1 (flèche bleue) correctement orientés
• Si besoin, des cônes et un tripode pour délimiter et indiquer ainsi la zone des travaux aux passants
• Pour augmenter la sécurité on peut également utiliser un minimax

Respectez strictement les planches de signalisation en fonction des Régions (Wallonie, Flandre, Bruxelles) et les arrêtés de police.

A ce titre, respectez scrupuleusement les distances de sécurité imposées via les planches de signalisation ET les distances liées aux travaux à réaliser (présence d’une grue, d’un bras de fauchage, d’une débroussailleuse, …).

Mettez ensuite en place la signalisation en minimisant le risque lors de cette opération, c’est-à-dire :

• Observez les lieux et mettez-vous d’accord, avant, sur la méthode de travail
• Portez les vêtements de signalisation classe 3
• Utilisez des obstacles bien visibles pour vous protéger lors du placement (par exemple un Minimax, un tracteur ou une camionnette)

• Prêtez une attention particulière aux piétons et cyclistes lors de la mise en place de notre signalisation. S’imaginer à leur place et réaliser un tracé sécurisé !

• Respectez les déviations imposées à mettre en place. Contrôlez systématiquement la bonne tenue de la signalisation sur vos chantiers fermés.

• Balisez correctement les chantiers fermés (au moyen de barrières Héras par exemple).

• Balisez correctement les chantiers dits « semi-fermés » (en retrait par rapport à la voirie, sur un site privé, sur un site non fermé accueillant du public, …) au moyen des cônes et éventuellement de tripodes.

• Enfin, portez des lunettes de sécurité dès qu’il y a un risque de projections. (Un travail, effectué aux abords d’une débroussailleuse, inclus également le port des lunettes pour vous. Ceci étant donné le risque accru de projections avec ce type de machines !)

Draag signalisatiekledij. Wanneer de maximale snelheid hoger dan 50 km/h bedraagt is het bij wet verplicht signalisatiekledij klasse 3 te dragen. Om geen vergissingen te begaan bij het omkleden heeft Krinkels geïnvesteerd in een volledig kledijpakket waardoor klasse 3 bekomen kan worden. We dragen dus klasse 3 kledij vanaf we langs de weg aan het werk zijn.

• Blijf ALTIJD waakzaam en aandachtig voor uw omgeving want een ongeval is snel gebeurd bij wegenwerken!

Algemeen geldende basisuitrusting voor signalisatie op uw voertuig:

• Rood-wit gearceerd (minimum 1 m²) op de achterzijde van het voertuig
• Minstens twee oranje zwaailichten bovenop het voertuig
• Signalisatiebord A31 (werkzaamheden) + D1 (blauwe pijl) gericht naar de uitwijkrichting en zichtbaar voor het aankomende verkeer
• Indien nodig worden ook kegels en/of het plooibord voor signalisatie van de werf uitgezet om de werfzone voor passanten aan te duiden
• Om de veiligheid te verhogen op plaatsen waar het verkeer een verminderde zichtbaarheid heeft, kan men er ook voor kiezen om een minimax bij te plaatsen

Volg strikt de regels voor signalisatie zoals die in het standaardbestek opgenomen werden per gewest (Vlaanderen, Brussel, Wallonië) en volg de verplichtingen die door de politie per gemeente opgelegd kunnen worden.

Respecteer altijd strikt de opgelegde veiligheidsafstanden voor signalisatiewagens, – borden EN de afstanden voor de uit te voeren werkzaamheden (aanwezigheid van een kraan, een tractor met maaiarm, een bosmaaier, enz.)

Plaats de signalisatie en minimaliseer het risico daarbij, d.w.z:

• Pas de signalisatie werkwijze en machines aan aan de plaats en de noden van het werk
• Draag signalisatiekledij klasse 3
• Maak gebruik van goed zichtbare objecten met de nodige signalisatie zoals uw voertuig, minimax, machines of aanhangwagen

• Let daarbij goed op voor de zwakke weggebruikers en zorg dat zij op een veilige manier de werfzone kunnen passeren!

• Volg de opgelegde omleidingen. Controleer systematisch of de bewegwijzering op uw afgesloten locaties in orde is.

• Zet gesloten werven op de juiste manier af (bijvoorbeeld met gesloten Heras hekken)

• Zorg voor een goede afbakening van zogenaamde “halfafgesloten” werven (op een afstand van de weg, op een particulier terrein, op een niet-afgesloten terrein dat toegankelijk is voor het publiek,…). Gebruik daarbij kegels, driepikkel werfborden en/of signalisatielint.

• Denk eraan om bij werken langs de weg steeds een veiligheidsbril te dragen omdat het risico op projectie en rondvliegende deeltjes er erg groot is. (Bij werkzaamheden met een bosmaaier is het dragen van een veiligheidsbril verplicht vanwege het verhoogde risico op projecties met dit soort machines!)